Laatste nieuws

Zwabber of curve? Dat zijn absoluut de moeilijkste ballen

Foto: Rob Koppers

Een menigte van spelers in de zestien, ballen die spekglad zijn en dan de buitenspeler die een zwabberende voorzet geeft die tussen keeper, aanvallers en verdedigers invalt: ‘kom ik of kom ik niet?’ Voor veel keepers zijn hoge ballen een ware verschrikking. De Keepers Trainer sprak met Jan Splinter, keeperstrainer van de selectie van Almere City, en vroeg hem naar zijn mening over wat in algemene zin wordt gezien als het moeilijkste onderdeel van het keepen.

“Hoge ballen? Dat zijn absoluut de moeilijkste ballen! Dit komt omdat geen enkele bal hetzelfde is en je te maken hebt met verschillende omstandigheden, die het voor de keeper lastig maken. Je hebt als eerste te maken met weersomstandigheden die altijd anders zijn en die, anders dan op andere onderdelen, van grote invloed zijn bij het verwerken van een hoge bal. Zo kun je te maken krijgen met de zon, (of in het geval van een avondwedstrijd met kunstlicht) die bij een hoge bal plots in je gezicht schijnt. Verder kunnen ballen door de regen glad worden en kunnen ballen extra snelheid meekrijgen of juist blijven hangen als er wind staat. De ballen van tegenwoordig maken het de keeper ook niet makkelijker. Veel ballen zijn van plastic, waardoor ze snel glad worden en enorm kunnen zwabberen. Als laatste heb je te maken met verschillende veldomstandigheden en de techniek van de trapper. Elke speler trapt de bal weer anders en veel spelers zijn in staat een zwabber of curve aan de bal mee te geven.”

Duidelijke afspraken maken en goed communiceren

Splinter beaamt dus dat hoge ballen het moeilijkste onderdeel voor de keeper is. Maar wat moet de keeper doen om te zorgen dat hij zijn mannetje staat en hoe kan hij dit ontwikkelen? “Wat allereerst belangrijk is, zoals bij alle onderdelen van het keepen, is voorkomen dat je in moeilijke situaties terechtkomt. Dit begint met het maken van duidelijke afspraken en een goede communicatie. Bij hoge ballen die middels een corner of vrije trap worden ingebracht, moeten alle afspraken duidelijk zijn. Zoals bijvoorbeeld wie welke speler pakt, of de palen bezet zijn en zo ja door wie en wie uitstapt bij een korte corner. Bij Almere City nemen we dit altijd de dag voor de wedstrijd op de training door en bekijken we ook de beelden van de aankomende tegenstander. Daarin is het belangrijk dat we weten waar de kwaliteiten van de tegenstander liggen. Voor een keeper is het essentieel te weten of een buitenspeler links- of rechtsbenig is en wat hij doet: passeert hij bijvoorbeeld vaak buitenom, binnendoor of komt hij juist met een vroege voorzet zonder de back te willen passeren? Door de verdedigers hier duidelijk en scherp op te coachen kunnen veel gevaarlijke hoge ballen worden voorkomen.

Wat hierbij uitermate belangrijke is: wat bedoelt een keeper en wat begrijpt een speler? Het moet voor iedereen duidelijk zijn hoe een keeper coacht en wat hij in welke situatie bedoelt. Coacht hij bijvoorbeeld ‘houd rechts’, dan moet het duidelijk zijn of hij hiermee bedoelt dat de rechterkant wordt afgeschermd of het rechterbeen van de speler. Omdat iedere keeper op een andere manier coacht, is dit van cruciaal belang. Verder moet een keeper, voordat de voorzet gegeven wordt, aan zijn verdedigers die voor het doel staan, aangeven waar de aanvallers van de tegenstander zich bevinden. Zodat op het moment dat de voorzet toch gegeven wordt en de keeper besluit niet uit te komen, de verdedigers een duel kunnen aangaan. In ieder geval zal de keeper te allen tijde op tijd aan moeten geven of hij wel of niet uitkomt, dus zodra de bal van de voeten van de aanvaller vertrokken is en hij zijn keuze gemaakt heeft. Bij het uitkomen heeft dit voor de keeper twee grote voordelen: de verdedigers kunnen de keeper helpen door de aanvaller te blokken en als de keeper vol overtuiging ‘los’ roept, zal dit veel aanvallers afschrikken en zullen geen duel meer met de keeper durven aangaan.”

Lees het hele artikel in De Keepers Trainer

Bron: TrainersSite.nl

Naar boven

SALE !